Kas als energiebron: visievorming en visie
Functie / Domein: | Energie, landbouw |
Illustratie van: | Systeemafbakening, Visievorming, Perverse koppeling, Systeeminnovatief kernidee |
Context en aansluiting bij landschapsontwikkelingen
Kas als energiebron is een systeeminnovatief idee van het InnovatieNetwerk, dat systeeminnovaties ontwikkelt. LNV richtte InnovatieNetwerk op, wanwege toenemende druk tot innovatie, vanwege milieu- en voedselveiligheids-vraagstukken; toenemende concurrentie; ruimtedruk en groeiende aandacht voor dierenwelzijn. Die ontwikkelingen vergden volgens het ministerie radicale innovaties.
Eerste systeemafbakening
Een van de eerste gebieden waarop het InnovatieNetwerk aan de slag ging was de glastuinbouw. Om het onderwerp verder af te bakenen begonnen de projectleiders van Innovatienetwerk en partner Stichting Innovatie Glastuinbouw Nederland (SIGN) met een verkenning onder het motto Glastuinbouw 2020: naar een vitale, duurzame en gerespecteerde glastuinbouw. Brainstormsessies met opinieleiders leverden thema's van algemeen belang op, waarvoor vernieuwingen nodig was. Een van die thema's was energie.
Visievorming en visie
De verdere visievorming startte met het benoemen van het probleem: de productie van tuinbouwprocessen in kassen vergt ruim 10% van het Nederlandse aardgasgebruik en leidt tot veel uitstoot van het broeikasgas CO2 en tot hoge kosten voor tuinders. De glastuinbouw werkte weliswaar aan het vergroten van de energie-efficiency, de reductie van de hoeveelheid energie per eenheid product, en maakte daarin ook behoorlijke vorderingen. Maar het totale energiegebruik - in kubieke meters aardgas - bleef heel hoog. De maatschappelijke opgave die het InnovatieNetwerk zich stelde was om het totale energiegebruik van de sector drastisch terug te brengen: een radicale trendbreuk. Maar hoe zou dat kunnen?
Een systeeminnovatief kernidee
Van Oosten en Huizing, de projectleiders, lazen zich in en voerden gesprekken met experts en vernieuwers. Maar na een jaar lag er nog geen goed idee voor een trendbreuk. In een laatste brainstorm bracht Huizing in dat de zon meer energie geeft per vierkante meter dan we in een kas gebruiken per vierkante meter. Van Oosten bedacht dat de tuinbouw die zonne-energie zou kunnen opvangen. Dat leidde tot het systeeminnovatieve kernidee van een kas als energiebron. De glastuinbouw zou in principe zelfs een energieleverancier kunnen zijn. Het systeeminnovatieve kernidee doorbrak dus de 'perverse' koppeling tussen glastuinbouw en energiegebruik.
Eerste uitwerking tot een robuust en realiseerbaar idee
Na de brainstorm werden experts benaderd om uit te zoeken of het idee van de kas als energiebron technisch realiseerbaar was en robuust gemaakt kon worden. Doe oordeelden echter negatief. Maar Van Oosten hield vast aan het idee van een kas als energiesprong, vanwege de ambities van systeeminnovatie van het InnovatieNetwerk. Hij vond een fysicus, die na een snelle rekensom concludeerde dat met innovatieve warmtewisselaars 80 procent minder energieverbruik mogelijk moest zijn. Een onderbouwing volgde, met een essay met drie strategieën die binnen een kas zouden moeten worden gecombineerd: energie besparen (gesloten kas, isoleren), energieoverschotten opslaan (warmte opslaan in diepe grondlagen, zogenoemde aquifiërs) en gebruikmaken van de efficiënte warmtewisselaar Fiwihex. Maar InnovatieNetwerk wilde niet op één paard wedden. Een tweede adviseur werkte drie varianten van energiezuinige glastuinbouw uit: van maximale besparing op fossiele energie tot maximale inzet van duurzame energie, zo mogelijk met een overschot aan duurzame energie.
Vanaf dat moment werken het InnovatieNetwerk en SIGN verder langs deze twee sporen, om een zo breed mogelijk beeld te krijgen van de mogelijkheden die het concept Kas als Energiebron in zich bergt. Eén spoor leidt in 2006 tot een pilot en uiteindelijk tot de realisatie van meer kassen die energie leveren. Het tweede spoor mondt uit in een zee van andere ideeën voor energieproductie en duurzaam energiegebruik.
Veel werk
Maar voor het zover was, is veel werk verzet. Zo zijn de ideeën uit het eerste spoor bijvoorbeeld getoetst op enthousiasme en mogelijke haalbaarheid in een workshop met landbouw- en energie-experts. Ook zijn ze beoordeeld door een tuinbouwkundig installatiebureau, dat advies uitbracht over de energiebesparing. Op basis van commentaren zijn de ontwerpen aangepast.
Promotie en lobby voor oplossen structuurknelpunten
Van Oosten heeft daarnaast gewerkt aan de promotie van het idee van de Kas als Energiebron. Hij gaf enthousiasmerende voordrachten en nam deel aan een prijsvraag voor Innovatie en duurzaamheid (die hij won). En hij deed veel (lobby)werk om structuurknelpunten, zoals financiering en regelgeving, op te lossen. Zo moest er bijvoorbeeld een oplossing komen voor het probleem dat een overheidsbijdrage voor een pilot, medegefinancierd door het bedrijfsleven, door Brussel als ongeoorloofde staatssteun zou worden gezien. En binnen het Productschap Tuinbouw moest financiële ruimte voor werk aan het project, binnen een bestaand energieprogramma.
Vervolginitiatieven
Om nieuwe ontwerpen te genereren is begin 2006 een ontwerpwedstrijd uitgeschreven. Die leverde ruim veertig ideeën op om het energieverbruik drastisch terug te dringen, van consortia uit verschillende delen van de wereld. Kas als Energiebron is inmiddels een gevestigd concept en was odnerdeel het energietransitie-programma van de overheid.
Bronnen
- De Kas als Energiebron. Keerpunt en katalysator (2006). InnovatieNetwerk/Stichting Innovatie Glastuinbouw: Utrecht, Bleiswijk
- Grin, J. en A. Van Staveren (2007). Werken aan systeeminnovaties. Lessen uit de praktijk van InnovatieNetwerk. Van Gorcum: Assen
- Radiouitzending "Bouwen met groen en glas'
- http://www.kasalsenergiebron.nl/