Wat is het resultaat?

Visievorming leidt tot de volgende resultaten:

  • Een (gedeelde) systeemafbakening en een probleemperceptie. Bij voorkeur is ook al aangegeven hoe de problemen ingebed zijn in het bestaande regime van regels, routines, cultuur of kennis
  • Een beargumenteerde (gedeelde) urgentie voor systeeminnovatie
  • Richtinggevende principes voor systeeminnovatieve vernieuwing
  • Enkele kwalitatieve (of eventueel kwantitatieve) streefbeelden en eventuele tussendoelen, die verder uitgewerkt kunnen worden in een meer concrete visie
  • Een begin van een netwerk.

Eisen

Uw visie voor een uitvoeringsprogramma voldoet idealiter aan de volgende eisen:

  • Hij is gericht op de (middel)lange termijn (zo'n 15-25 jaar vooruit)
  • Sluit aan bij sommige ontwikkelingen op het niveau van het landschap
  • Biedt inspiratie voor de korte termijn
  • Bevat een of meerdere systeeminnovatieve kernideeën
  • Is voldoende open: verschillende partijen moeten er iets in herkennen en de visie moet niet al te gevoelig zijn voor nieuwe ontwikkelingen
  • Is eenvoudig overdraagbaar is (te vertellen door praktijkmensen)
  • Geeft zicht op voorwaarden waaraan de uiteindelijke praktijken dienen te voldoen.

Vernieuwend?!

Visies voor transitieprogramma's lijken achteraf vaak weinig vernieuwend. Ideeën en waarden die ze bevatten zijn vaak al wel eens verwoord. Maar die waarden en ideeën zijn binnen de bestaande praktijk met zijn (ontwerp)regels, normen, cultuur ‘ondergesneeuwd'. Daarom zijn de systeeminnovatieve visies niet vanzelfsprekend. Ze komen in het visievormingsproces ook vaak pas in tweede instantie op tafel. De visie maakt die ondergesneeuwde ideeën en waarden weer prominent en tot een richtinggevend ideaal. Daarin is de visie vernieuwend.

Voorbeelden

Methodes